Dit artikel is geschreven door Ellen Ederveen, Djurre van der Kooi en Hajar Aharouay van Bijwerkingencentrum Lareb en is te lezen in ReumaMagazine 8-2023.

Injectie of tablet

Voor de behandeling van reumatische aandoeningen zijn er verschillende geneesmiddelen op de markt. Een groep geneesmiddelen waar veel reumapatiënten mee te maken krijgt, zijn corticosteroïden. De arts schrijft dit geneesmiddel voor wanneer er een vorm van ontstekingsreuma is. Bijvoorbeeld als injectie bij een acute pees- of gewrichtsontsteking. Of als tablet wanneer de diagnose net is gesteld, bij een opvlamming van de ziekte en soms als onderhoudstherapie.

Corticosteroïden

Corticosteroïden zijn hormonen die het lichaam in de bijnierschors maakt. Als geneesmiddel zijn er vooral de kunstmatig gemaakte hormonen. Deze lijken veel op het natuurlijke hormoon cortisol. De corticosteroïden die artsen voor reumatische aandoeningen voorschrijven, zijn onder andere prednison, (methyl)prednisolon en triamcinolonacetonide (merknaam Kenacort®).

Deze corticosteroïden hebben invloed op het omzetten van eiwitten, vetten en koolhydraten in het lichaam. Daarnaast zijn ze belangrijk bij de reactie van het lichaam op stress en ziekte. In hoge doseringen remmen ze ontstekingen en het afweersysteem. Vanwege deze effecten schrijven artsen corticosteroïden voor bij veel verschillende ziekten.

Bijwerkingen van corticosteroïden

Behalve het gewenste effect kunnen corticosteroïden helaas ook bijwerkingen geven. De kans op het krijgen van bijwerkingen is groter bij een hoge dosering. Ook als je de corticosteroïden een langere tijd moet gebruiken, wordt de kans op bijwerkingen groter. Bekende bijwerkingen van corticosteroïden zijn bijvoorbeeld maag- of darmklachten, spierklachten, gewichtstoename, het boller worden van het gezicht, stemmingsveranderingen en botontkalking.

Corticosteroïden kunnen ook bijwerkingen op of in de huid geven. Gebruikers van corticosteroïden als crème of zalf op de huid weten vaak wel dat dit een dunnere huid kan veroorzaken. Maar ook bij gebruik van corticosteroïden in tabletten, injecties, infuus en als inhalatie via de luchtwegen kan bijwerkingen veroorzaken. Daarnaast kunnen blauwe plekken en kleine bloedingen in de huid sneller ontstaan. Dit kan ook al bij een lage dosering.

De meeste bijwerkingen op de huid door gebruik van corticosteroïden zijn niet ernstig of levensbedreigend. Maar omdat ze soms goed te zien zijn, kunnen ze voor de gebruikers wel vervelend zijn.

Purpura en blauwe plekken

Bloedingen in de huid heten purpura. Purpura zijn rode, blauw-rode of paarse verkleuringen van de huid. Dit zijn oppervlakkige bloedingen in de huid die niet vervagen wanneer je er op drukt. Dit in tegenstelling tot roodheid door bijvoorbeeld huiduitslag, deze vervaagt wel als je er op drukt. Purpura ontstaan door het lekken van rode bloedcellen uit de haarvaatjes. Of doordat de haarvaatjes beschadigd raken. Hele kleine purpura heten ook wel petechiën of puntbloedingen. Grote purpura worden ecchymosen genoemd.

Een blauwe plek is een blauwpaarse verkleuring van de huid. Die verkleuring komt doordat een groter bloedvat is beschadigd, vaak als gevolg van stoten. Maar bij gebruikers van corticosteroïden kan zo’n verkleuring ook vanzelf ontstaan. Of bij heel zacht stoten. Een blauwe plek zit dieper in de huid dan purpura.

Waarom ontstaat de verkleuring?

Het dunner worden van de huid door corticosteroïden komt doordat deze geneesmiddelen invloed hebben op twee typen cellen: de keratinocyten en de fibroblasten. Deze twee cellen zijn belangrijk voor een goede opbouw van de huid, het onderliggende bindweefsel en de bloedvaten. Keratinocyten en de fibroblasten kunnen door corticosteroïden hun werk niet meer goed doen. Hierdoor wordt de huid dunner en worden de bloedvaten kwetsbaarder. Als gevolg daarvan kunnen rode bloedcellen makkelijker uit de bloedvaten lekken en kunnen bloedvaten makkelijker beschadigd raken. Daardoor ontstaan de blauwe plekken en purpura.

Onderzoekers hebben gekeken naar de bijwerkingen die patiënten met reumatoïde artritis ervaren van corticosteroïden. Bij patiënten die langer dan 6 maanden een corticosteroïd gebruikten, had 10 tot 21 procent last van een dunne huid. Bij 17 tot 25 procent van de patiënten waren er ecchymosen. Hoe hoger de dosering, hoe meer mensen last hadden van deze bijwerkingen.

Meldingen bij Lareb

Het ontstaan van blauwe plekken en purpura bij gebruik van corticosteroïden is meerdere keren bij Bijwerkingencentrum Lareb gemeld. In een aantal meldingen is daarbij ook het dunner worden van de huid genoemd. De meest gebruikte corticosteroïden in de meldingen zijn prednisolon, triamcinolonacetonide en prednison.

De gemelde blauwe plekken en purpura komen vooral voor op de armen of de benen. Bij injecties ontstaan ze meestal op de plek waar de injectie is gegeven. De vaakst genoemde oorzaak van de blauwe plekken is stoten. Bij sommige gebruikers is de geringste stoot of aanraking al voldoende om een blauwe plek te veroorzaken. Bij anderen ontstaan de blauwe plekken vanzelf.

Uit de meldingen blijkt dat blauwe plekken een negatieve invloed kunnen hebben op de zelfverzekerdheid. Zo geven enkele melders bijvoorbeeld aan dat ze zich schamen voor deze plekken. Of dat ze het lastig vinden om zich in het openbaar te laten zien.