Methotrexaat wordt veel gebruikt in de reumatologie, toch is er weinig bekend over wat het medicijn precies doet. Wat voor processen spelen zich bij MTX-gebruik af in de cellen? Renske Hebing kwam de ‘MTX-staarten’ op het spoor.

Goedkoper dan biologicals

Methotrexaat (of MTX) is bij reumatoïde artritis (RA) een veelgebruikt medicijn. Vrijwel iedereen met de diagnose RA krijgt het al snel voorgeschreven. Bij veel mensen is het effectief, en verhoudingsgewijs is het zeer goedkoop, zeker vergeleken met de dure ‘biologicals’.

Hoe zit het met de bijwerkingen?

Neemt niet weg dat er rond MTX nog veel vragen leven. Bij de één werkt het middel beter dan bij de ander; de één heeft meer last van bijwerkingen dan de ander. Is dat te voorspellen en te beïnvloeden?

Vragen over de dosis

Daarop aansluitend zijn er vragen rond de dosis. Momenteel krijgt bijna elke RA-patiënt bij aanvang dezelfde dosis, en in de loop van de behandeling wordt dat op dezelfde manier opgebouwd. Maar voor de een is dat te veel of te snel en voor de ander te weinig of te langzaam. De één ondervindt te weinig positief effect en moet naar een hogere dosis, de ander ondervindt veel bijwerkingen en moet naar een lagere dosis.

Ideaal gesproken zou je dit alles vooraf of na een paar toedieningen willen weten. Want werkt de stof niet, dan zijn er zo een paar maanden voorbij en hebben de ontstekingen en beschadigingen zich verder ontwikkeld. Bovendien heb je mogelijk onnodig last gehad van vervelende bijwerkingen. Ongeveer 30 à 40 procent van de MTX-gebruikers stopt er binnen een jaar mee. Wat betreft efficiëntie valt er dus nog veel te winnen.

MTX-effect

“Methotrexaat wordt opgenomen in de bloedcellen”, legt Hebing uit, “en in die cellen worden er een soort staarten aan vastgeplakt. We noemen zo’n staart een glutamaat-keten. De effectiviteit van het middel hangt onder meer af van het aantal staarten dat een MTX-molecuul ontwikkelt. Als er weinig staarten aan het MTX-molecuul komen, dan werkt het minder sterk; als er veel staarten zijn, dan is het effect groter. Tevens heeft de één simpelweg meer MTX in z’n cellen, een hogere MTX-spiegel, dan de ander.”

Dit is een begin om de behandeling en de dosering zo nodig bij te stellen: wordt er helemaal geen MTX gemeten of alleen lage spiegels met korte staarten, dan heeft MTX blijkbaar geen zin. Wordt er veel MTX met lange staarten geproduceerd én heeft de patiënt last van bijwerkingen, dan kun je de dosis eventueel verlagen.

Lees het artikel uit ReumaMagazine 3-2023.